“Jullie zijn nu verkeersridders” zei de Haagse hoofdcommissaris van politie, J.H.A.K. Gualthérie van Weezel tot de 200 lagere scholieren die op bezoek waren in het hoofdbureau van politie aan het Alexanderplein. Het was een jaarlijks terugkerend ritueel, dat op die 21e juli 1955 plaatsvond.

Een schoolbrigadiertje in zijn nieuwe uniform, 1955, maker: StokvisEen schoolbrigadiertje in zijn nieuwe uniform, 1955, maker: Stokvis

Haagse Schoolverkeersbrigade

Een paar jaar tevoren, in 1949, was de Haagse schoolverkeersbrigade opgericht. Op initiatief van een buurtvereniging die zich erge zorgen maakte over het oversteken van scholieren. De eerste brigadiertjes werden toen ingezet bij een oversteekplaats op de hoek van de Rijswijkseweg en de Asstraat. Al binnen een paar jaar waren er bij veel meer scholen in Den Haag Klaar-overtjes te zien. Meestal gekleed in een uniform: witte lange jassen, gestreepte mouwen en altijd voorzien van een zogenoemd spiegelei, waarmee het stopteken aan het straatverkeer kon worden gegeven.

Verkeersles op televisie

Op veel manieren werd de jeugd in die jaren geleerd hoe ze zich staande kond houden in het almaar drukker wordende verkeer. Op de woensdagmiddag bijvoorbeeld gaf een inspecteur van politie verkeersles op de televisie. Weinig mensen bezaten zo’n toestel en je ging dan vaak met veel andere buurtkinderen kijken bij de trotse bezitter van zo’n apparaat in de straat en nam zo met de hele groep de wijze lessen van deze politieman tot je. Ook op de radio was er aandacht voor de verkeersveiligheid. Het kinderkoor de Leidse Sleuteltjes propageerde via dit medium het schoolbrigadierschap met het liedje “Wij zijn de schoolbrigadiertjes” en het programma Barend Bluf deed daar een schepje bovenop met liedjes als “Veilig Verkeer”, “De politie is mijn beste kameraad” en “Mijn fiets”.

Verkeerspolitie geeft aan de jeugd verkeersles, 1954, maker: Justitiële politieVerkeerspolitie geeft aan de jeugd verkeersles, 1954, maker: Justitiële politie

Speciale verkeerstuinen

In de stad, op de Hengelolaan, de Leyweg en andere plekken, werden sinds 1952 speciale verkeerstuinen aangelegd. Op de scholen werd het vak verkeersles in de lesroosters opgenomen en er werden speciale leermiddelen en verkeersmaquettes aangeschaft. Na de nodige verkeerslessen mochten de scholieren dan examen doen. Vooral het praktijkgedeelte was spannend. Op de fiets moest je dan door de een woonwijk heen rijden langs een speciaal uitgezet parcours. Je wist dat op allerlei plekken controleposten waren: een agent vermomd als glazenwasser en een lerares van school onherkenbaar vermomd op een bankje. Dus: voorzichtigheid geboden en netjes de bochten nemen en hand uitsteken! Wanneer je geslaagd was kreeg je het gele diploma en het begeerde verkeersinsigne: een blauw met wit driehoekig speldje. 


Dit artikel is onderdeel van een reeks artikelen gepubliceerd in Den Haag Centraal, geschreven door (oud) medewerkers van het Haags Gemeentearchief.

Auteur: Frans van Rooijen